
Het schaken in Delft was net als in alle andere clubs een levensgevaarlijke sport. In 1950 maakte ik kennis met de schaakclub in Goes en werd bijna onwel van het tekort aan zuurstof. Het was er blauw van de rook en als er een nooduitgang was geweest zou je die niet hebben kunnen zien door die dichte rook.
In Goes waren geen vrouwen en kinderen, ik was als vijftienjarige de jongste van de club. In Delft kwam in 1960 Jan Timman als negenjarige met zijn oudere broer en zusjes mee. Vrouwen waren zeldzaam bij het schaken.
Wie gisteren in Arnhem was zag een totaal andere wereld dan ik hierboven beschreef. Kinderen, vrouwen en mannen in alle leeftijden. Een uitstekende accommodatie, prima invalidentoilet enzovoort. De jongste ‘schakers’ verdenk ik ervan dat ze nog niet konden lezen of schrijven! Voor die kleinsten was er gelukkig een knuffel van pa of ma of een aai over hun bol door hun trainer na elke partij. Een enorme vooruitgang dus en een mooie toekomst voor het schaken. Het schaken is sinds circa tien jaar in Nederland rookvrij.
No comments:
Post a Comment